De titel zegt genoeg.
Als iemand mij zou vragen wat mijn levensmotto is, dan weet ik niet wat ik zou zeggen. ‘Een dag niet gelachen, is een dag niet geleefd’, vind ik zelf een hele goede, aangezien je van iedere dag een feestje moet maken. Het zou zomaar je laatste dag kunnen zijn, dus geniet ervan en haal eruit wat erin zit. Helaas is dit niet altijd even realistisch. Als je om je heen kijkt en je ogen richt op de dingen die in de wereld gebeuren, is het leven zo’n groot feest nog niet. Iedere dag gaan er veel mensen en kinderen ten onrechte dood, dat kan ik niet ‘feestvierend’ langs me heen laten gaan.
‘Leer van gister, leef vandaag, maar droom van morgen’, vind ik dan ook een veel beter motto. Het verleden moet je achter je laten. Met de dingen die gebeurd zijn, heb je gebroken. Je hebt ze niet meer nodig, want het is nu eenmaal gebeurd en je kunt de tijd niet meer terugdraaien. Je hebt wel van de dingen uit het verleden geleerd en kunt er mee verder. Door de wijsheden van gisteren, ben je vandaag een beetje wijzer geworden. Deze wijsheden hebben je gemaakt tot wie je nu bent. Je leeft vandaag om de dromen van morgen waar te kunnen maken.
Het pad dat je in je hoofd hebt uitgestippeld, is nog lang, heel lang. Er zijn nog zoveel dingen die je wilt gaan doen en ooit een keer meegemaakt wilt hebben. Je wilt ook nog van alles bereiken. Door al die ideeën en plannen heb je in je hoofd geprend staan hoe je dit gaat aanpakken en verwezenlijken.
“Als je jouw diploma voor het voortgezet onderwijs op zak hebt, ga je vier jaar studeren en ondertussen op kamers wonen, daarna je rijbewijs halen, vrijwilligerswerk in Afrika doen en dingen van de wereld zien. Terug in Nederland ga je werken. Intussen heb je de prins op het witte paard tegen het lijf gelopen, ga je trouwen, huisje, boompje, beestje en daarna weer werken.” Zo, het ideale leven zit in je hoofd en het komt er voorlopig niet meer uit. Maar dat je studie uiteindelijk niets blijkt te zijn, is geen optie. Een jaar reizen is toch wel erg lang. Auto rijden blijkt duurder dan je dacht. En o ja, die prins op het witte paard is zo gemakkelijk nog niet gevonden. Wie weet, het zal allemaal best meevallen, denk je bij jezelf. In je hoofd droom je weer lekker verder, want je wil nog zó veel, eigenlijk teveel.
Toch ga ik al mijn dromen waarmaken, omdat ik het wil. En als ik écht iets wil, dan kan ik het ook. Wanneer de dingen niet helemaal gaan, zoals ik van tevoren bedacht had, dan loop ik mijn levenspad wel met een omweg en een paar blokkeringen tussendoor. Maar ik blijf lopen, want er is altijd een brug die je over de blokkering heen helpt. Uiteindelijk zal ik het eindpunt van mijn pad bereiken en zijn mijn dromen waargemaakt. Zolang je blijft geloven in wat je vandaag doet, komt morgen vanzelf.